Wat is kanker?

Er bestaan heel erg veel verschillende soorten kanker, maar ze hebben allemaal één ding gemeen: cellen die zich vreemd gedragen.

Ons lichaam bestaat uit miljarden cellen. Hersencellen. Zenuwcellen. Spiercellen. Botcellen. Kliercellen. Geslachtscellen.

Waar je ook kijkt in ons lichaam, ontdek je overal cellen - zij zijn de bouwstenen van ons lichaam.

Gewoonlijk groeien en delen cellen zich pas als het lichaam behoefte heeft aan meer cellen. Zo worden beschadigde cellen snel vervangen en blijft ons lichaam gezond.

Soms gebeurt er iets vreemds: er worden nieuwe cellen gemaakt die niet nodig zijn en hierdoor kan een ‘groepje’ cellen met een foutje ontstaan.

Een groepje verkeerde cellen noemen we een tumor.

Goedaardige en kwaadaardige tumoren.

Tumoren kunnen goedaardig of kwaadaardig zijn. Goedaardige tumoren zijn geen kanker. Zij groeien over het algemeen langzamer en hebben minder kans terug te komen als zij totaal verwijderd zijn. Uitzaaiing naar andere delen van het lichaam komt zeer zelden voor. Als goedaardige tumoren niet totaal verwijderd zijn, gaan zij na behandeling soms opnieuw groeien.

Kwaadaardige tumoren zijn wel kanker en hebben de neiging om sneller te groeien. Zij zaaien soms uit naar andere delen van het lichaam en kunnen na behandeling terugkomen. Bij sommige kankersoorten worden helemaal geen tumoren gevormd, maar tast de kanker het bloed of beenmerg aan, zoals bij leukemie. Het beenmerg is de sponsachtige stof binnenin je botten die nieuwe bloedcellen maakt.

Kinderkanker

Kinderkanker en kanker bij volwassenen zijn totaal verschillend. Vaak is het soort kanker anders bovendien reageert een kinderlichaam ander op medicatie dan een volwassene.

In bijna alle gevallen weet men niet waarom een kind kanker krijgt, de leefstijl en omgeving spelen eigenlijk geen rol, slechts een klein aantal vormen van kinderkanker zijn erfelijk

Het soort kanker is vaak anders. Acute lymfatische leukemie komt vooral bij kinderen voor, chronische lymfatische leukemie vooral bij volwassenen. Kinderen krijgen blastomen , volwassenen carcinomen.

Het lichaam van een kind reageert anders op medicijnen en behandeling, hun lichaam herstelt sneller waardoor zij hogere doses chemotherapie kunnen verdragen en genezingskansen zijn ook anders.

De ziekte en behandeling kunnen ook op langere termijn gevolgen hebben voor kinderen